Tijdens mijn lunchpauze las ik een artikel in de Flow (daar heb ik een abonnement op) over het zien van dingen die er wél zijn. Iets wat voor sommige mensen in deze rare tijd vaak een hele opgave is. Voor de een is dit makkelijker dan de ander.
Ik probeer altijd positief te blijven, iets wat me over het algemeen wel lukt. Maar ook ik heb mijn ups en downs. Vooral als het weer vreselijk onrustig is op social media en de voor- en tegenstanders van alles wat met corona te maken heeft elkaar weer verbaal de pan in hakken. Niet naar elkaar luisteren, niet open wensen te staan voor andere meningen. Van beide kanten hoor. Iedereen heeft intussen een kort lontje lijkt het wel. Ik mijd zoveel mogelijk artikelen en reacties die daar betrekking op hebben, want het kost me heel veel energie.
Vrijdag na werktijd ging ik (eindelijk) weer even lekker wandelen. Ik ben geen held met sneeuw en gladheid, dus ik ben tijdens de sneeuw alleen buiten in de tuin geweest om de vogels te voeren. Daarom was ik ook wel erg toe aan een blokje om. Ik had de hele week last van onrust over alle boosheid op social media en ik hoopte dan ook dat ik met wandelen mijn hoofd weer wat rustiger kreeg.
Ik loop eigenlijk min of meer een vaste route en nu kwam ik zomaar een heleboel sneeuwklokjes tegen tijdens mijn wandeling! Hele pollen bij elkaar langs het pad waar ik liep.
Terwijl ik foto's aan het maken was, stapte er een voor mij onbekende vrouw van haar fiets. "O, wat mooi die sneeuwklokjes!" zei ze. "Als jij daar niet had gestaan foto's te maken had ik ze waarschijnlijk niet eens gezien." En we raakten even aan de praat. Dat valt me nu wel op. Mensen maken wat sneller een praatje met elkaar. Een positieve ontwikkeling wat mij betreft.