30.6.13

Nieuwe inzichten of de gevolgen van een workshop

Afgelopen maand heb ik een 2-daagse workshop gevolgd met de naam 'Inzicht in eigen talent en ambitie'. Klinkt goed, hè? Nou, het was de moeite zeker waard. Daarover straks meer.

Op mijn huidige werk is er van alles aan de hand, we zitten middenin een groot fusietraject en veel mensen raken hierdoor hun baan kwijt, of moeten intern wat anders zoeken. Tot die laatste categorie behoor ik, maar dat weet ik gelukkig al meer dan een jaar, dus ik heb al een tijdje aan het idee kunnen wennen. Voor mensen zoals ik hebben we binnen het bedrijf een 'mobiliteitsplatform' en een traject met de naam 'Fit for the Future'. De laatste heeft een keur aan workshops en trainingen om je voor te bereiden op een (eventuele) overstap naar een andere functie. Dit kan zowel intern als extern zijn.

Aangezien ik op dit moment nog tot de 'mobiliteitskandidaten' behoor ben ik me gaan verdiepen in mijn mogelijkheden. De workshops en trainingen van Fit for the Future kunnen daarbij helpen. Dat is één van de redenen dat ik me heb aangemeld voor de eerder genoemde workshop. Zelf denk ik goed in beeld te hebben waar mijn talenten en ambities liggen, maar of dat ook echt zo is zal de workshop uit moeten wijzen.

De eerste dag is het vooral kennismaken en zoeken naar wat voor type je bent. Ik ben er achter gekomen dat ik van allevier de types bijna evenveel ben, maar net iets meer het blauwe type. Waar ik het over heb? Ieder mens heeft verschillende eigenschappen en vaardigheden en deze zijn door een aantal handige denkers samengebundeld in vier kleuren: rood, blauw, groen en geel. Rode mensen zijn beslissers, daadkrachtig, perfectionistisch en houden niet van getreuzel en geneuzel. Blauwe mensen zijn observatoren: zij beredeneren liever eerst de situatie voordat ze besluiten of iets goed zal uitpakken, houden evenmin van getreuzel en geneuzel (zij het minder sterk dan de rode tegenhangers) en hebben over het algemeen een goede mensenkennis. Groene mensen zijn het meest meegaand in het gezelschap, zij houden van harmonie, hebben een hekel aan ruzies en laten zich graag meevoeren door hun blauwe of rode tegenhangers. Deze mensen zijn vaak het populairst omdat ze met iedereen goed overweg kunnen. Gele mensen zijn de gangmakers in het gezelschap: extravert, enthousiast, chaotisch, impulsief en zien overal kansen en mogelijkheden. Zeg maar, het tegenovergestelde van met name rode mensen, maar ook blauwe mensen zijn vaak minder gediend van dit soort types. Het leuke is dat ik merk dat ik mijn collega's al 'kleuren' ga geven. Maar dat zeg ik niet hardop.
We besluiten de dag met een kleine blik op wat we dag 2 zullen gaan doen en toen begon het...



Sinds een tijdje loop ik met het idee in mijn achterhoofd om voor mezelf te beginnen, dat was nog wat op de achtergrond, maar door die eerste workshopdag nestelt het zich vaster in mijn hoofd en ik ga er serieus over nadenken. Zodra ik mijn gedachten de vrije loop laat, rolt er van alles uit, ik krijg er een flinke energiestoot van. Dit verschijnsel wordt trouwens 'flow' genoemd. Ik besluit mijn brainstorm met 'waarom ook niet? Inmiddels heb ik me aangemeld voor de workshop 'Ondernemen, iets voor jou?' Want je kunt wel wat willen, maar ik wil eerst onderzoeken of het wel iets voor mij is. Over wat voor bedrijfje het gaat worden laat ik me nog even niet uit, dat horen jullie vanzelf. Ik wil er ook niet direct fulltime mee aan de slag, maar het rustig opzetten nu ik nog baangarantie heb tot 2016. Ik besef heel goed dat ik me in een luxe positie bevind en ben van plan daar optimaal gebruik van te maken.

Of ik ook inderdaad goed in beeld had waar mijn talenten en ambities liggen? Ja, eigenlijk wel. Dat is weer mooi meegenomen. Ik vind dat als je bepaalde talenten hebt gekregen, je er iets mee moet doen. Zo ben ik ook opgevoed.



21.6.13

Katten

Zo lang ik me kan herinneren heb ik katten om mij heen gehad. Er bestaat een foto van mij in een box buiten, terwijl er net een kat door de spijlen van de box loopt. En een foto van mij als klein meisje dat ik de poesjes in de schuur eten geef.
Na die eerste katten uit mijn vroegste jeugd hebben we geloof ik een tijdje geen katten gehad. Wij hadden  katten op de boerderij om de muizen en de ratten te vangen die op de strozolder rondliepen. De katten bivakkeerden daar ook.

Toen ik wat groter was (lagere schoolleeftijd) mochten mijn broertje en ik allebei een kitten uitzoeken bij de ouders van een klasgenootje van mij. Voor mij werd dat een zwarte lapjeskat genaamd Pluisje en voor mijn broertje werd het een rode kater, die door mijn broertje Woutertje Geel werd gedoopt. Kortweg Woutertje.
Helaas was Woutertje geen lang leven beschoren. Nog voor hij een jaar was, werd ie aangereden. Degene die hem aanreed kwam dat overigens netjes bij mijn ouders melden. Woutertje leefde nog toen hij binnen werd gebracht, maar is 's nachts overleden. Wij wisten niets van dit kleine drama, want we lagen al te slapen.
Mijn broertje was natuurlijk verdrietig, maar er dienden zich algauw nieuwe kittens aan, want Pluisje was intussen zwanger. Ik kan me herinneren dat daar voornamelijk zwart-witte katjes uitkwamen en eentje daarvan was weer voor mijn broertje: Zwartsnoetje.

Na Zwartsnoetje heeft nog een hele ris aan katten de revue gepasseerd: Speedy, een lapjeskat, Vlekkie (hoe kan het anders: een lapjeskat), Blacky, een zeldzaam mooie egaal antracietkleurige kat, Spotty, ook een lapje en Reddy, een rode kater. Deze was de laatste bewoner voor we gingen verhuizen.

Na onze verhuizing heb ik jaren geen kat gehad, tot de zomer van 1992. Inmiddels studeerde ik in Groningen en woonde ik daar in een flat met Marja en Daphne. Studiegenootje en vriendin Rolina had bij haar ouders thuis kittens. Die waren eigenlijk via haar broer daar gebracht. De katjes waren oud genoeg om naar een nieuwe baas te mogen gaan. Marja en ik wilden eigenlijk wel graag een kat en zo geschiedde: grijs gestreepte kater Amadeus deed zijn intrede op de flat. Wat hebben we een plezier van hem gehad! Wat bijzonder was aan Amadeus, was dat hij maar drie poten had. Van zijn rechterachterpoot miste het onderste stuk waar een klauw hoort te zitten. Waarschijnlijk is hij zo geboren. Het verlies van dat pootdeel werd gecompenseerd door een enorm lange staart.

Amadeus heeft menig verslag onderbroken doordat hij er pontificaal bovenop ging liggen als hij aandacht wilde. Ook het schrijven met een pen was niet altijd even succesvol, omdat hij de pen als een speeltje zag.
's Morgens kon ie ineens je enkel 'vangen' als je naar het toilet wilde. Had je een kat om je been hangen. Als er in het weekend niemand op de flat was, mocht Amadeus altijd met Marja mee naar huis. Als vanzelf beschouwde hij na een tijdje Marja als zijn baasje. Daarom deed zwart-wit poesje Zelda haar intrede op de flat. Amadeus was zo beledigd, dat hij twee weken lang onder de bank bleef zitten en er alleen onder vandaan kwam als hij wilde eten of op de bak moest. Zelda bleek een dametje te zijn met een zeer eigen willetje. Als haar de kattenbak te vies was, dan deed ze het er voor om ons te laten weten dat zij vond dat de bak schoon moest.

Zelda kwam uit een asiel uit het Groningse Zuidwolde (er ligt ook een Zuidwolde in Drenthe) en was daarom gefixeerd op eten. Als zij en Amadeus samen eten kregen, vloog ze op het bakje van Amadeus af, die dan meteen ophield met eten. Dat was niet de bedoeling natuurlijk, dus werd Zelda tijdelijk opgesloten in de voorraadkast, zodat Amadeus rustig kon eten. Zelda is ook eens in een bord met nasi gesprongen, terwijl Marja aan het eten was. Dat was trouwens meteen de laatste keer. Zelda was goed in het zich verstoppen, maar dat kwam mede doordat ze zo vreselijk nieuwsgierig was. Ik was eens een keer een weekend thuis bij mijn ouders en Marja en Daphne waren Zelda kwijt. Ze hebben de hele flat doorzocht en vonden haar..op de stereo van Daphne. Daphnes kamer was in die tijd zwart met wit en alle meubels waren zwart. Zelda was aan de bovenkant bijna helemaal zwart en ze was met haar witte onderkant op de stereo gaan liggen slapen. Daarom was ze niet te zien, ze ging volledig op in de omgeving.

Zelda

Toen ik een jaar later in Zwolle ging wonen (ik trok bij mijn vriend in), ging Zelda met mij mee. Ik was in die tijd de hele dag weg voor stage en Joeri (mijn vriend) was aan het werk. We merkten aan Zelda dat ze zich overdag alleen voelde, ze liet dat namelijk heel erg merken door vreselijk veel aandacht van ons te vragen als we weer thuiskwamen. Daarom besloten we dat het voor Zelda misschien wel goed was dat er een speelkameraadje bij kwam. We hadden het nog niet bedacht, of de kans deed zich voor. Een collega van mijn stage wist een nestje kittens. Die waren namelijk met hun moeder in een doos in de stal van haar zus gedumpt. Ik vroeg of er een rood katje tussen zat. Mijn collega ging meteen bellen. Er zaten inderdaad rode kittens bij, degene met het meeste rood was al voor ons gereserveerd, zei ze. Ik sputterde nog dat ik wel met mijn vriend moest overleggen. Maar natuurlijk was het goed en zo kwam rood-witte kater Maus bij ons om Zelda en ons gezelschap te houden.

Maus


Inmiddels hebben we alleen Maus nog. Maus is op 6 juni achttien jaar geworden en ondanks nierproblematiek doet hij het nog goed. Hij reageert prima op de medicatie. Van Zelda moesten we vorig jaar afscheid nemen. Haar lijfje was op en ze ging ineens heel hard achteruit. Ze was achttien op het moment dat ze stierf en dat is een gezegende leeftijd. Daar kun je niets van zeggen. We zijn blij dat we haar zo lang bij ons hebben mogen houden en dat zijn we ook nu Maus al een echte senior is. Of Maus Zelda mist? Nee, eigenlijk niet. Hij vindt het wel lekker in zijn eentje.

Wat er gebeurt als Maus er straks ook niet meer is? Voorlopig komt er even geen nieuwe kat, want we willen ons huis opknappen, de woonkamer in ieder geval. Maar of we dat ook volhouden, geen nieuwe kat?

16.6.13

Impact bias (oerkracht)

Een tijdje geleden ben ik begonnen met lezen in een boek met de titel: "De kracht van tegenslag". Het boek is geschreven door Stephen Joseph, een psycholoog die onderzoek doet naar de veerkracht van mensen na (zware) tegenslagen. Hoewel Joseph zich vooral richt op mensen die last hebben van Posttraumatisch Stress Syndroom (PTSS), is datgene wat hij heeft onderzocht ook van toepassing op de hedendaagse maatschappij.

Het lijkt namelijk wel of wij niet meer hebben geleerd om om te gaan met tegenslag. Toch hoort tegenslag bij het leven. Sterker nog: van tegenslagen leren we sterker te worden en anders naar dingen te kijken. We weten alleen niet meer hoe dat moet en dat is het probleem. Heb ik daar dan een pasklare oplossing voor? Nee, want we zullen dat zelf moeten leren. Er is niemand die je daarbij aan het handje meeneemt en zegt: "Kijk, zo moet het."

Bij tegenslag gaat het om alle soorten die je in een leven tegen kunt komen: je geliefde verlaat je en plots word je op jezelf teruggeworpen, je raakt ongeneeslijk ziek, een goede vriend(in) overlijdt onverwachts, of je huis brandt af.

Wat dat overlijden van goede vriendinnen betreft heb ik daar de nodige 'ervaring' in zal ik maar zeggen. In 2002 overleed plotseling mijn vriendin Anouschka aan een hartstilstand, terwijl ze in haar tuintje aan het grasmaaien was. Ze was toen 26 jaar.. En in september vorig jaar overleed één van mijn liefste vriendinnen, Nathalie, op de leeftijd van 41 jaar. Ook onverwacht. Dat zijn ingrijpende gebeurtenissen waarvan je hart, bij wijze van spreken, een slag overslaat en waar je leven behoorlijk ontwricht van kan raken.

In het tijdschrift Flow (nr. 3 van 2013) staat een interessant artikel over de oerkracht van de mens (zie ook de titel van dit blog) en dat heb ik in één ruk uitgelezen. Ik heb na de dood van Anouschka heel veel bekenden van haar gebeld of gemaild om deze in te lichten. Dat was vooral om haar ouders te ontlasten, want die waren totaal ontredderd. Dat gold ook voor haar oudere zus. Het verlies van een kind is iets wat je volgens mij nooit meer te boven komt. Maar tijdens al die telefoontjes en berichtjes waarbij ik keer op keer weer moest vertellen wat er was gebeurd, kwam ik er achter dat dit me op een bepaalde manier heeft geholpen om het verlies een beetje te verwerken. Dus toen Nathalie was overleden, heb ik weer zoveel mogelijk mensen ingelicht.
Mensen in mijn directe omgeving dachten waarschijnlijk dat de dood van Nathalie nog niet tot me doorgedrongen was, omdat ik gewoon verder ging met mijn leven. Natuurlijk was ik erg verdrietig, maar ik kon wel normaal functioneren.

The circle of life (Bron: Etsy.com)


Volgens rouwtherapeute Riet Fiddelaers (zij is geciteerd in het artikel in Flow) bevatten mensen vlak na een groot verlies nog niet wat er is gebeurd. In die eerste fase schieten veel mensen in een zogenaamde 'overlevingsstand' en wordt de pijn even ergens 'geparkeerd' tot er een bodem is ontstaan waarop het verdriet te dragen is. Zonder deze bodem zouden we instorten. Juist in deze fase kun je vaak meer aan dan je denkt. Ergens komt een primaire oerkracht naar boven die je op de been houdt. Deze kracht is wel iets anders dan veerkracht. Bij veerkracht kun je weer verder in de toekomst. Dat is het vermogen om te vallen en weer op te staan.

De oerkracht geeft ons soms onvermoede kanten. Zo kun je tijdens een begrafenis ineens een toespraak houden voor een overleden geliefd persoon, of je kunt een gedenkwaardig afscheid organiseren. Deze kracht om door te gaan wordt 'impact bias' genoemd. Impact bias is de neiging om je eigen kracht te onderschatten, omdat je je geen goede voorstelling kunt maken van de impact van een dergelijke tragische gebeurtenis.

In het eerder genoemde boek wordt met name onderzocht wat de veerkracht is van mensen na een traumatische gebeurtenis, in welke mate ze in staat zijn geweest om hun leven weer op te pakken en verder te gaan. Veel van de onderzochte personen gaven namelijk aan dat zij sterker zijn geworden en anders tegen het leven aankijken. Ze hechten veel meer waarde aan familie- en vriendschapsbanden en vinden het makkelijker met tegenslagen om te gaan. De meeste mensen geven aan geestelijk ernorm gegroeid te zijn. Ik heb dat bij mezelf ook gemerkt, je leert van de dieptepunten die je tegenkomt in het leven. Die leerervaring doe je op om verder te kunnen.

Toch is de mate van geestelijke groei wel afhankelijk van hoe je in het leven staat: hoe evenwichtiger je bent, hoe meer stress je kunt verdragen en hoe veerkrachtiger je bent. Ook iemands persoonlijkheid speelt een belangrijke rol. Zo is het bijna voor de hand liggend dat mensen met een van nature pessimistische kijk op het leven hier veel meer moeite mee hebben dan mensen die overal en in elke situatie nog een lichtpuntje zien.

Maar je kunt het leren. Het is je manier van denken die je veerkrachtig maakt en die manier van denken kun je zelf bijsturen. Het belangrijkste is te accepteren dat je niet alles in je leven onder controle hebt, alleen je eigen gedachten en opvattingen heb je onder controle. Aanvaarden dat we maar een beperkte invloed hebben op het leven om ons heen is al een eerste stap. Daarnaast hebben we afgeleerd om verantwoordelijkheid te nemen voor gedachten en opvattingen die wél onder onze controle vallen. We zijn namelijk algauw geneigd om de buitenwereld de schuld te geven van ons ongemak.

Wat voor mijzelf een openbaring was, ik zat er namelijk best wel mee dat men dacht dat de dood van Nathalie niet tot me doorgedrongen was, is dat ik waarschijnlijk tot een groep mensen behoor die door psycholoog Al Siebert (schrijver van 'The survivor personality') 'overlevers' wordt genoemd.
Overlevers zijn mensen die van alle eigenschappen wat hebben. Ze zijn zowel serieus als humoristisch, kunnen hard werken, maar ook vreselijk lui zijn en zelfverzekerd zijn en tegelijkertijd ook zelfkritisch. Overlevers kunnen door die uiteenlopende kanten op verschillende manieren reageren op traumatische gebeurtenissen. En dat geeft ze in dit geval een voordeel.

Kort geleden kreeg ik van twee verschillende mensen bijna hetzelfde compliment. De een zei, dat ze er bewondering voor had hoe ik uit mijn bijna burn-out was teruggekomen en de ander zei, dat ik heel veel levenskracht in mij heb. En zo voelt dat nu ook.

Vorig jaar was geen makkelijk jaar, maar ik kan wel zeggen dat ik daar sterker door ben geworden. Tegenslag hoort nu eenmaal bij het leven. Soms heb je jaren dat het allemaal lekker loopt en soms heb je jaren dat het allemaal tegen lijkt te zitten. We hebben er allemaal mee te maken.

15.6.13

Boodschappen doen op zaterdag

Boodschappen doen is niet mijn hobby en al helemaal niet op zaterdag. Ik heb uitgevogeld wanneer het in de supermarkt bij mij in de buurt rustig is op zaterdagen. De winkel op zichzelf is namelijk vrij klein, met weinig ruimte in de gangpaden en dat is op zijn zachtst gezegd niet handig in een overvolle supermarkt op zaterdag. Zeker niet als de kinderen je om de oren vliegen, of wanneer mensen uitgebreid in het gangpad met elkaar staan bij te kletsen. Op zich heb ik daar niets op tegen, maar waarom moet dat altijd middenin het gangpad?

Sinds ik op mijn favoriete tijdstip boodschappen doe, heb ik daar een stuk minder last van. Ik loop relaxed alle gangpaden door met mijn kar.
Vanmiddag fietste ik het terrein op van de supermarkt en het was heerlijk rustig. Ik had wat lege flessen mee en kon zo doorlopen naar de flessenautomaat (deze zit in een buitenmuur) om ze in te leveren. Soms moet je wachten en dat is ook niet erg, want dat moet iedereen op zijn tijd.

Toen ik na het boodschappen weer buiten kwam met mijn tassen stond er een enorme file van mensen met karren en volle tassen met lege flessen. De flessenautomaat was kennelijk vol. Echt, ik kan me niet herinneren dat ik ooit zo'n lange rij wachtende mensen en lege flessen bij elkaar heb gezien en dat heb ik de lege bierkratten niet eens meegerekend. Je zou bijna een foto maken van zo'n 'lege flessenfile!'

Wat was ik blij dat ik mooi op tijd was geweest. Tevreden fietste ik naar huis in het zonnetje. Zo, de buit is weer binnen.

14.6.13

Daar word ik nou blij van

Soms valt je oog ineens op een berichtje waar je blij van wordt. Ik heb dat best wel vaak, vooral als het gaat om nieuws uit de natuur. Ondanks alle berichtgeving dat flora en fauna ernstig bedreigd worden door wat wij allemaal met onze aarde uitspoken, worden nog genoeg positieve berichtjes de wereld in gestuurd.

Zoals deze:
Natuurmonumenten meldt vandaag dat het met de lepelaarkolonie op De Schorren (Texel) heel goed gaat. Het aantal broedparen is in een jaar tijd van 100 paren naar 160 gegroeid!


De lepelaar die ik zag op Texel in maart dit jaar

Een paar maanden terug was ik met een vriendin een dagje naar Texel op en neer geweest en daar zag ik al een lepelaar. Het was heel fris en er waaide een koude wind, maar die voelde ik niet meer toen ik die lepelaar zag en daar foto's van ging maken.

Dat zijn van die momenten waar ik heel erg blij van word.

Zomervakantie

Vandaag ben ik aan mijn tweede week zomervakantie begonnen, twee van in totaal vier weken! Het is lang geleden dat ik vier weken vakantie he...